Waakzaamheid
Tevreden, altijd weer een reden.
Om het te kunnen zien, het te zijn.
In iets kleins, veranderingen, dingen.
Op dagen, bij vragen, in het antwoord.
In gehoord en gezien, hardop gezegd.
Soms is het er al, in niet uitgelegd.
Dan vind je elkaar, in een gebaar.
Zien dat ze hier hun weg vinden.
Nieuwe klassen, zware tassen, gaan.
Het bestaan ontdekken van veel meer.
In de weer, een weten, niet vergeten.
Brengen, halen, weer langs de lijn.
Dankbaar zijn, iedereen weer zien.
Een borrel, blij, elkaar tegenkomen.
Mijn dromen, doorstrepen, er weer op.
Ervoor opkomen, hou-vast, vrij van lastig.
Bijzondere gesprekken, alle tijd rekken.
Het gewicht belicht en inzicht zomaar.
Als iets te mooi is om waar te zijn.
Ondertussen is ze in klein, groter.
Jarig, ons kleine nichtje, al drie jaar.
Wat ben ik en wat zijn we, dol op haar.
Generatiegeluk van de bovenste plank.
Tegen wil en dank, het is niet belangrijk.
Als ik om me heen kijk en het kan zien.
Juist mijn misschien, brengt mij daar.
Waar ik echt wil zijn en bij wil horen.
Verloren maar nog nooit echt kwijt.
Het mysterie van het leven.
Als je blij kunt zijn met kleine dingen is iedere dag een feestje.
Inderdaad, oog hebben voor kleine dingen is geluk.
Zelfs al is niet alles volmaakt kun je dan tóch tevreden zijn.